h
Verkiezingsprogramma

Veiligheid

De beste manier om criminaliteit aan te pakken, is deze te voorkómen. We voorkomen dat mensen ontsporen en we investeren in reclassering. We zorgen dat jongeren de kansen krijgen die ze verdienen. We pakken onveiligheid aan zonder te vervallen in spierballentaal, met wijkagenten die tijd hebben om de straat op te gaan. We pakken de oorzaken van verloedering en overlast hard aan, en gaan de strijd aan met huisjesmelkers en verpaupering in de oude stadswijken.

Voorzieningen als maatschappelijk werk, jongeren- en buurtwerk houden we overeind: een euro daarin investeren betaalt zich later meestal tienvoudig terug.

Een goed veiligheidsbeleid begint bij het betrekken van bewoners. Die hebben het beste zicht op wat in hun wijk mis is en nodig is. Projecten als Buurt Bestuurt kunnen daarbij een goed middel zijn, als daarbij een zo groot mogelijk deel van de bewoners betrokken wordt en er daadwerkelijk extra politie-inzet beschikbaar is om de problemen aan te pakken. In iedere wijk is een plek waar bewoners terecht kunnen met vragen en klachten over de buurt.

We investeren in fysieke aanwezigheid van de politie in de wijk, met wijkagenten die tijd hebben om op straat te zijn, en kleinschalige politieposten. In elke wijk is er een fysieke locatie waar buurtbewoners in contact kunnen komen met de politie. De buurtagent moet er voor de wijk zijn en zo weinig mogelijk buiten de wijk ingezet worden. Bonnenquota, die bij sommige delen van de politie nog steeds bestaan, moeten verdwijnen.

We pakken onveiligheid en de oorzaken van onveiligheid aan, zonder te vluchten in symboolmaatregelen en spierballentaal. Alle gemeentelijke veiligheidsmaatregelen worden herbeoordeeld op grond van de vragen ‘is dit bewezen effectief?’ en ‘hoe treft dit onschuldige burgers?’. Maatregelen die groepen treffen (zoals een samenscholingsverbod voor een hele wijk) worden geschrapt. Maatregelen die gericht overlastgevers treffen (zoals een OV-verbod) kunnen soms nuttig zijn.

Preventief fouilleren is vaak weinig effectief. We passen het daarom alleen kortdurend en in gebieden van een kleine omvang toe, waar er een acute en goed beargumenteerde noodzaak is. De inzet van dit middel wordt per geval besproken in de gemeenteraad.

Bij elke aanhouding moet een politieagent een (digitaal) stopformulier invullen.

De noodzaak van cameratoezicht op bepaalde plekken wordt regelmatig geëvalueerd. Op veel plekken werkt vast en herkenbaar menselijk toezicht beter: daarvoor verruimen we het budget, ten koste van camera’s. De aanwezigheid van conducteurs en controleurs in het openbaar vervoer is een goede zaak: dat handhaven we, ook 's avonds in de metro.

De laatste mosquito’s verdwijnen uit Rotterdam. Er komen ook geen nieuwe mosquito’s of soortgelijke apparaten terug in Rotterdam.

Coffeeshops die geen overlast veroorzaken, blijven open. Het aantal coffeeshops in de stad wordt gemaximeerd, waarbij het mogelijk wordt voor coffeeshops om een andere locatie te vinden. Het afstandscriterium wordt niet verder verruimd. De gemeente Rotterdam start een experiment met gecontroleerde wietteelt, en lobbyt bij het Rijk voor legalisering van softdrugs.

Stadstoezicht wordt opgesplitst in specifieke taken als marktbeheer en parkeertoezicht. De algemene toezichthouders kunnen beter onderdeel van de politie worden. Het is niet goed om toezicht en handhaving uit te hollen door de bevoegdheden van Stadstoezicht steeds verder uit te breiden: agenten krijgen niet voor niets een lange en degelijke opleiding.

Jongeren en anderen die in de problemen dreigen te komen worden zoveel mogelijk persoonlijk, één-op-één, begeleid. We investeren in jongerenwerk en -centra.

We investeren in reclassering en begeleiding na detentie: níemand die uit de gevangenis komt mag tussen wal en schip vallen.

We pakken de oorzaken van verloedering en overlast hard aan, en gaan de strijd aan met huisjesmelkers en verpaupering in de oude stadswijken. De gemeente moet veel vaker panden onteigenen en opknappen, en dat ook doen bij langdurige leegstand. De inzet van gemeente en woningcorporaties op het gebied van woonoverlast houden we in stand. In minder ernstige gevallen kan buurtbemiddeling een nuttige rol vervullen.

De wantoestanden bij Aluchemie en Chemours laten zien dat industriële veiligheid de afgelopen jaren te veel op haar beloop is gelaten en bedrijven te weinig gecontroleerd worden. Daarom maken we in samenwerking met de gemeenten in de regio daarvoor meer capaciteit vrij. Bedrijven die zich structureel niet aan de regels houden worden gesloten.

U bent hier