Rotterdam

Rotterdamse docenten moeten meer ruimte en vertrouwen krijgen om goed onderwijs te kunnen geven. Dat was de conclusie die kandidaat-raadslid Sun van Dijk trok tijdens het onderwijsdebat afgelopen maandag. 

 

 

Het debat begon met een discussie over de toegenomen druk om prestaties van scholen en leerlingen te registreren en met elkaar te vergelijken om zo tot 'excellente scholen' te komen. Een aantal docent in de zaal benadrukte dat de werkdruk door al het papierwerk enorm is toegenomen. “Dit komt niet ten goede aan het onderwijs”, zei een docent. Van Dijk: “We schieten door met scores en het maken van ranglijstjes. We moeten terug naar de tijd dat de leerkracht weer de ruimte heeft om iets als een cito score zelf te interpreteren. Het is toch van de zotte dat wij als gemeente met bureaucratische rompslomp gaan bepalen hoe leerkrachten hun werk moeten doen? We moeten weer vertrouwen hebben in onze leraren”.  

 

Leefbaar Rotterdam hield een pleidooi om de beste leraren naar Rotterdam te halen door werken en leven in de stad aantrekkelijker te maken. Van Dijk ging daar fel tegen: “Ik vind dit een beledinging voor de Rotterdamse docenten. Onze docenten zíjn goed, ze krijgen alleen niet de ruimte om zelf hun onderwijs vorm te geven”. Van Dijk kreeg bijval vanuit de zaal: “Alsof docenten voor een school in Rotterdam kiezen omdat ze van Leefbaar een museumjaarkaart krijgen”. 

 

Tegen het einde van het debat schoof de Rotterdamse onderwijswethouder Hugo de Jonge aan voor een discussie over het overhevelen onderwijs- en jeugdzorgtaken naar de gemeente. Sun van Dijk benadrukte dat door de decentralisatie kinderen het recht op zorg kunnen verliezen. Van Dijk: “Speciaal onderwijs is al jaren het ondergeschoven kindje in de stad. In de plannen voor een nieuw jeugdstelsel wordt onderwijs een beetje vergeten. Het speciaal onderwijs komt hierdoor in de verdrukking. De SP wil daar verandering in brengen”.