Rotterdam

Afgelopen woensdag ging lijsttrekker Dennis de Jong op uitnodiging van de Dialoog Academie in gesprek met geïnteresseerden – de meeste met een Turks-Nederlandse achtergrond. De sfeer was, ondanks een aantal heikele onderwerpen, gemoedelijk. De highlights uit de discussie.

De avond begon met een maaltijd, zodat men alvast informeel kennis kon maken. Na koffie en thee begon de echte discussie. Bij het voorstelrondje bleek al snel hoe divers het gezelschap was: vertegenwoordigers van ondernemersverenigingen, de Kamer van Koophandel, vrouwenorganisaties, mensen uit de zorg, onderwijzers, noem maar op.

De Jong kreeg de tijd voor een introductie van de belangrijkste thema's voor de SP voor wat betreft Europa. Wat we zelf in eigen land kunnen organiseren, daar moet Europa zich niet mee bemoeien met bureaucratische regelgeving. Verder moet Europa er niet aleen zijn voor de grote bedrijven, maar juist voor de gewone mensen. Terug naar de menselijke maat, dus. De EU moet transparanter werken en ten slotte moet er gestopt worden met het onzinnig rondpompen van gemeenschapsgeld.

Dat klinkt conservatief, vond een van de toehoorders. “Dat is maar hoe je het bekijkt,” stelde De Jong, “in Nieuw-Zeeland is onlangs het openbaar vervoer weer genationaliseerd. Het was zo'n puinhoop geworden met al die verschillende concurrerende bedrijven. Een 'nieuwe' maatregel dus, maar is 'nieuw' dan alleen concurrentie bevorderen en liberaliseren? Je moet kijken naar welk beleid goed uitpakt voor de mensen.”

De discussie ging al snel over de toetreding van Turkije tot de Europese Unie. De Jong is helder: “De SP zegt nooit 'nooit' maar op dit moment is Turkije er niet klaar voor wat betreft corruptie en mensenrechten. Dat waren Roemenië en Bulgarije overigens ook niet, en om die reden hebben we daar tegen gestemd. Wat je wel ziet is dat landen die op de nominatie staan, harder hun best doen om aan die criteria te voldoen. Zijn ze eenmaal toegetreden, dan verdwijnt die stok achter de deur. We moeten dus gezamenlijk Turkije helpen aan die criteria te voldoen.”
Op een vraag of Turkije dan niet een mooie grote nieuwe zakelijke markt is reageerde de Jong: “Dat is zeker niet het belangrijkste argument. De Turkse bevolking en die van de ander EU-landen moeten er baat bij hebben. De SP vindt dat elk land aan de criteria moet voldoen. Belangrijke veranderingen in de EU zoals uitbreidingen moet je durven voorleggen in een referendum. Als de argumenten goed zijn, zullen de stemmers het voordeel van toetreding ook zien.”

Tot slot wilde een van de toehoorders weten wat Europa betekent voor integratie tussen verschillende bevolkingsgroepen. “Niet zo veel,” antwoordde De Jong, “integratie ontstaat door met elkaar om te gaan en elkaar te leren kennen. Dat gebeurt op schaal van de wijk, Brussel kan dat niet met regels van boven opleggen.”
De laatste tijd verhardt de toon van het integratiedebat. De SP lijkt daar soms aan mee te doen, merkte men op uit het publiek. Een man uit het publiek stond op en vertelde zijn persoonlijk verhaal. Hij is huisarts, doet vrijwilligerswerk en is betrokken bij de school waar zijn kinderen op zitten. Toch voelt hij zich behandeld als tweederangs burger: “Wat moet ik nog méér doen om geïntegreerd te zijn?”
Ook De Jong vond dat de toon van het debat vaak niet goed is: “Ik vind dat we hoe dan ook in dialoog moeten blijven, en daar wil ik me ook voor inzetten. Mensen zijn onzeker over de toekomst, zeker in tijden van crisis. Dat beïnvloedt hoe de discussie wordt gevoerd.”De Jong wilde wel positief afsluiten: “Ik heb de hoop dat iedereen op den duur ziet dat we in hetzelfde schuitje zitten. Ik heb de hoop dat de crisis ons dichter bij elkaar brengt.”