h

Fluitende jongeren terugfluiten?

12 juli 2007

Fluitende jongeren terugfluiten?

Politici buitelen over elkaar heen om hangjongeren aan te pakken, zoals de afgelopen week over opmerkingen door Marokkaanse jongens over meiden rond het Schouwburgplein en de Lijnbaan. Ronald Sörensen van Leefbaar Rotterdam zegt: ‘Wat mijn oplossing voor het cultureel bepaalde geweld is tegen vrouwen, homo’s en andersdenkenden? Oog om oog, tand om tand. Eenvoudig de wapenstok hanteren en zo hard slaan dat ze een flinke tandartsrekening te betalen krijgen.’ Paul Mepschen en Kevin Levie zeggen: 'Laten we eens ophouden elkaar te overschreeuwen om populair in de krant te komen.'

De hangjeugd op plekken als het Schouwburgplein fluit regelmatig langslopende meisjes na of knijpt ze zelfs in de billen. Soms gaan ze nog verder, zoals in het weekend van 7 en 8 juli, toen enkele jongens geweld gebruikten tegen twee meiden die hun vrouwonvriendelijke gedrag terecht niet pikten.

Rotterdamse politici van PvdA en Leefbaar Rotterdam buitelen over elkaar heen om hangjongeren zo hard mogelijk aan te pakken. Er moeten lokagenten komen die ‘sissende jongeren’ op de bon slingeren, vinden Peter van Heemst (PvdA) en Hennie van Schaik (Leefbaar Rotterdam). Volgens Sörensen is de terreur cultureel bepaald en zijn zelfs de Nederlandse feministen ten prooi gevallen aan het politiek correcte, linkse beschermen van de islam.

Vrouwonvriendelijk gedrag en geweld tegen vrouwen komt helaas overal voor, ook in de Nederlandse cultuur. Dezelfde feministen die Sörensen verwijt bij de linkse kerk te horen, maakten zich al in de jaren zeventig druk over seksisme en geweld tegen vrouwen. Voor Sörensen zijn die problemen alleen interessant als een stok om Marokkaanse jongeren mee te slaan – of zoals in bovenstaand citaat, om letterlijk een reden te vinden om Marokkaanse jongeren met een stok te slaan.

Hij reduceert ieder probleem tot de islam. Natuurlijk speelt cultuur en identiteit een rol bij het gedrag van deze jongeren tegen meisjes: de cultuur van ‘je bent pas een vent als je een mooie vrouw voor hoer uitmaakt of een homo uitscheldt’ bijvoorbeeld. Maar dat lijkt ons eerder het gedrag van gefrustreerde jochies dan bepaald door cultuur of religie. Deze jongeren hangen niet in de moskee, maar op straat. En die frustratie heeft niet alleen te maken met macho-zijn, maar is ook een self-fulfilling prophecy: als Marokkaanse jongeren in de maatschappij constant negatief afgebeeld en behandeld worden, gaan ze zich daar ook naar gedragen.

Hoe kan het anders?

Hoe pakken we vrouwonvriendelijk gedrag op straat dan aan? In ieder geval niet door jongeren in de gevangenis te gooien of de wapenstok te hanteren, zoals Leefbaar wil. Dan gaan we steeds meer op Amerika lijken en worden de problemen alleen maar groter. De ‘lokagentes’ van PvdA en Leefbaar Rotterdam kunnen werken als tijdelijke maatregel. Maar dan niet zozeer om jongeren die seksitische opmerkingen maken te bekeuren, wat waarschijnlijk ook niet juridisch haalbaar is. Net als bij de ‘lokhoeren’ die hoerenbezoekers moeten lokken zullen ‘stoute jongetjes’ die iets van meisjes willen gewoon weer proberen als de agentes weg zijn.

Aanpakken van dit soort opmerkingen en irritant gedrag op straat kan wel. Een fatsoenlijke manier van omgaan met seksualiteit leer je bijvoorbeeld op school, waar vaak net als in het gezin nog steeds niet over dit soort onderwerpen wordt gesproken. Het onderwijs heeft ook een rol in het versterken van de weerbaarheid van meisjes tegen avances en opmerkingen van jongens die ze niet zien zitten.

Ronald Sörensen blaast hoog van de toren over de linkse kerk die teveel aan allochtone jongeren zou toegeven, die te soft is waardoor niks gedaan wordt aan vervelende hangjongeren op het Schouwburgplein. Hoe anders waren de geluiden over die overlast toen Leefbaar in het college zat. In 2005 schreef Rotterdamse veiligheidswethouder Marianne van den Anker nog: ‘De inzet van het Jeugd Service Team en de ondersteuning daarvan door de politie heeft er toe geleid dat de sfeer in de binnenstad over het algemeen goed is en dat de overlastproblemen gering zijn.’

Die Jeugd Service Teams bestaan nog steeds. De jongeren lopen iedere vrijdagavond over de Lijnbaan en spreken andere jongeren aan op hun gedrag. Burgemeester Opstelten bracht hen dit voorjaar nog een bezoek en hun aanpak lijkt te werken. Ondernemers kunnen bij de jongeren aandachtspunten aangeven en als de jongeren het niet zelf afkunnen, kunnen ze de politie inschakelen. Ook eerdere projecten om Marokkaanse vaders op Centraal Station jongeren aan te laten spreken op hun gedrag, waren bijzonder succesvol.

Wat ons betreft zetten we die teams van jongeren en vaders overal in de stad in en breiden we ze rond het Schouwburgplein en de Lijnbaan flink uit. En van ons mogen ook Marokkaanse meisjes aan de bak om jongens aan te spreken op hun gedrag tegen vrouwen. Jongeren moeten jongeren aanspreken in hun eigen taal. Dat kan heel veel helpen op de korte termijn, maar we moeten niet de illusie hebben dat daarmee het hele probleem opgelost is: het zal helaas nog wel even duren voordat seksisme en geweld tegen vrouwen helemaal uit onze maatschappij zijn uitgebannen.

U bent hier