Carrie: 'Bert Koenders terug naar het parochiehuis'
Carrie: 'Bert Koenders terug naar het parochiehuis'
Hieronder kun je de column van Carrie teruglezen, die ze uitsprak tijdens politiek café Ivóór over Wereld Delen.
Er is mij gevraagd om de middag nog even samen te vatten. En dat valt niet echt mee. Want ik weet niet zo heel veel van Ontwikkelingssamenwerking.
Nou, ik ben maar een keertje met mevrouw van Ardenne, toen minister van ontwikkelingssamenwerking meegeweest naar Benin.
Dat ligt aan de West-Afrikaanse kust, net boven Nigeria en net onder Togo. In Togo hebben ze maar een tandarts per miljoen inwoners. Waardoor ik elk halfjaar voor de controle van de mondhygieniste weer overweeg om daar naar toe te emigreren.
Maar goed, voordat ik meemocht naar Benin kreeg ik van de voorlichtster van het ministerie kleding-advies. Ik moest alles bedekken, van het decoleteetje tot ver onder de kuit. En het mocht ook geen vormaccentuerende kleding zijn. Daar sloot krakend de deur van mijn eigen kledingkast want dat heb ik allemaal niet.
Ik naar Miss Etam en de mantelspecialist en de Wehkamp. En koop genoeg verschoninkjes aan voor de drie omkleedmomenten per dag.
Kom ik op het vliegveld in Benin aan worden we ontvangen door een delegatie prachtige negerinnen met mooie pronte borsten en nog prontere billen in beeldschone strakke allesaccentuerende jurken met splitten die tot de hemel reikten. Die goddank de beleefdheid hadden om niet te lachen om mijn vormeloze hobbezakken.
Dat was eigenlijk tekenend voor de dagen dat we in Benin waren. En in een colonne 37 airco porsches door het land gereden werden. Ik ging natuurlijk op de stoel van de president zitten en begreep maar niet waarom de man de hele tijd achter me bleef staan sissen. Ik stond reikhalzend uit te kijken naar de minister van buitenlandse zaken waarmee mevrouw van Ardenne een afspraak had. Tot ik begreep dat dat die mevrouw was waar ze al drie kwartier mee zat te praten. Tot zover mijn feministiese inbreng.
En tijdens een dorpsbijeenkomst dwaalde ik een beetje van de groep af en begon op mijn hurken een soort religieus bouwwerkje te bekijken. Wat natuurlijk weer een enorme kunstpenis bleek te zijn. Tja, ze zeggen weleens dat het formaat er bij vrouwen niet toe doet…maar of het verhaal over negers klopt toch of de Reus van Rotterdam was hier op bezoek geweest.
Na een bestraffende blik van mevrouw van Ardenne kwam ik snel terug naar de boom waar de doprsoudsten onder zaten. Mevrouw van Ardenne zei: en nu wil ik dat we met z’n allen wat gaan zingen. En zij begon met het Unicef-liedje: Alle meisjes gaan naar school, joechei, alle meisjes gaan naar school.
De dorpsoudsten keken haar aan of ze een geest geworden was. En het bleef doodstil. Tot een van de dorpsoudsten, een mevrouw met niet veel tanden maar wel een heel scherpe blik, blij begon te lachen en mee te zingen en te klappen. En toen sprongen alle vrouwen en meisjes op en zongen mee.
Dat was de eerste keer dat ik van haar onder de indruk was. Maar niet de enige. De tweede keer was toen mevrouw van Ardenne een voorzitter van de landbouwcooperatie apart nam en woedend vroeg hoe het kon dat er zoveel kinderen waren met rood haar.
Alsof hij ze zelf verwekt had. Ik keek haar blijkbaar nogal vreemd aan want ze zei: dat betekent dat ze ondervoed zijn. En dat in zo’n vruchtbaar land.
Ondervoeding, honger, armoede…het zijn woorden waar je de betekenis als westers verwend mokkeltje zoals ik niet snel beseft. Dat hoeft ook niet want als het goed is heb je daar een minister voor. Alleen is die minister nu Bert koenders...
Ik kwam hem afgelopen maandag tegen in een kroeg in den Haag. Hij zag me, knikte vaagjes: waar ken ik die rooie ook alweer van, zag je hem denken. En dat snap ik, want dat heb ik ook.
Als je iemand op een heel andere plek tegenkomt, dat je hem dan niet herkent. De slager in het Casino. Pas toen hij een bittergarnituur bestelde met worst erin, maakte ik de connectie.
Mijn huisarts bij de motorclub. Mijn leraar Frans op de naturistencamping.
Nee, bert koenders was niet bloot. Dat probeer ik hier niet mee te zeggen. Hij liep in een pak en nog een suf goedkoop pak ook. Want dat zie je niet op TV maar in het echt zit zijn taille een beetje hoog en daar kan zo’n H&Mmetje niet tegenop. Maar ja als ze in Afrika liggen te tandakken voor een rijstkorrel ga je als minister van ontwikkelingssamenwerking niet in een Hugo Boss. Dat snap ik.
Ook dat je dan niks overdrevens te drinken neemt. Gewoon een proletarisch pilsje. Zoals een PvdA-er betaamt. Zolang jacques tiggelaar in die partij de scepter zwaait en dat doet ie hoor, die friese boer, ken je niet met goed fatsoen een chateauneuf du papoea gaan drinken, of hoe dat bocht dan ook mag heten.
En met proletarisch bedoel ik ook niet dat Bert Koenders zich vol liep te gooien. Nee helemaal niet. Het is een zuinig nippertje. En na elk slokje keurig het bovenlipje afdoen. In een moeite door met de gespreide vingers de haarlok weer in model douwen.
Helemaal niet nodig, Bert Koenders heeft keurig opgevoed haar. Bijna saai. Je hebt nou nooit dat je denkt, he, waar gaat die pluk ineens naar toe. Of spannender nog waar is die net geweest.
Dat probeer ik daar niet mee te zeggen. Dat hij eruitzag of die net had liggen wippen. Of dat die dat elk moment kon gaan doen. Hij was met een clubje. Young Urban Professionals maar dan wel een beetje uit de provincie. Ik zal niet zeggen dat je de stal er nog aan rook maar het parochiehuis wel. Met discussieavonden over de derde wereld. Mooie mantelpakjes maar een net iets te dikke panty eronder.
Godverdorie iemand anders hoeft maar in de kroeg te staan, ik noem een Wilma Nanninga of dat slettebakkie van een Heleen van Rooyen en die krijgen van de eerste de beste politicus alles te horen over overspel, coke-gebruik en hoerenlopen. En ik krijg Bert Koenders...ik denk dat als hij klaarkomt hoogstens met zijn ogen knippert en dat was het dan.
Waar is de tijd van Pronk die vloekend en scheldend de drankvoorraad van elke kroeg tot het einde wist te tarten. Die met roberto cavalli-achtige dames om zich heen stond te schuimbekken van woede en de oorlogsheren in Darfur met de koppen tegen elkaar sloeg. Mevrouw van Ardenne die het ontwikkelingsgeld gewoon weer afpakte van de corrupte klootzakken uit Benin
Nee, wij krijgen Bert Koenders. Die Nederland ziet als gidsland en zichzelf als Klein Duimpje die kruimeltjes strooit voor alle arme mensen tegelijk. Voor iedereen, dus ook
voor regeringsleiders die de voedselhulp omzetten in kaviaar voor hun eigen buffetten?
voor oorlogsheren die de rijst ruilen voor wapens?
en voor instabiele gebieden, zoals Palestina, waar zijn kruimeltjes vooral de strijd voeden in plaats van de mensen?
Ja hoor, voor iedereen.
Kan iemand hem terugsturen naar het parochiehuis, dit naief stuk onbenul. En iemand aanstellen die er wel wat van maakt? De wereld heeft het zo nodig.
Dag ik was Carrie, tot de volgende keer.
Carrie