Poppodia in het nauw
Poppodia in het nauw
De Rotterdamse poppodia hebben het financieel steeds moeilijker. Ondanks de kwaliteit en de potentie van de Rotterdamse popsector lijkt het doek te vallen voor de podia. SP-raadslid Josine Strörmann stelt schriftelijke vragen aan het college van B & W over de situatie.
Juist nu we in Rotterdam worden geconfronteerd met de sluiting van een belangrijk poppodium in de stad, Nighttown – een uitgaansgelegenheid en cultuurpodium met nationale allure – bereikt het stadsbestuur een advies over de Rotterdamse popsector van de Rotterdamse Raad voor Kunst en Cultuur. De sluiting van Nighttown is volgens de RRKC slechts het topje van de ijsberg. Financiële sores blijken in de wereld van de poppodia aan de orde van de dag.
Tegelijkertijd stelt de Raad dat de Rotterdamse popsector veel beter kan: “De Rotterdamse popsector beschikt over een potentie die erkenning verdient en die gebruikt zou moeten worden” (ADRD, 21 juli 2006). Janiet Hadders, opsteller van het rapport, voegt daar aan toe: “De vraag aan de gemeente is: hoe belangrijk is de popsector nou echt voor jullie?”
De SP-fractie is er onvoldoende van overtuigd dat het belang van poppodia in de stad op waarde wordt geschat door het stadsbestuur. Sinds 2006 is de subsidie aan Baroeg stopgezet, waardoor ook dit poppodium, waar voornamelijk metal- en gothicbands optreden, in de problemen komt. Drie medewerkers zijn reeds ontslagen en het voortbestaan van Baroeg is absoluut niet zeker.
Hoewel de RRKC ook kritiek heeft op programmeurs en bestuurders van poppodia in Rotterdam – en de SP-fractie onderschrijft die kritiek – ziet de RRKC grote potentie voor de Rotterdamse popsector. De Volkskrant schrijft: “In vergelijking met andere Nederlandse steden is de samenwerking goed, zijn de nieuwe initiatieven ruim, en is de infrastructuur omvangrijk en gevarieerd.” Volgens de Raad is juist daarom meer oog nodig voor de problemen van podia als Nighttown, Waterfront en Baroeg. De Raad stelt nadrukkelijk dat er meer budget nodig is.
Omdat de SP-fractie koste wat kost wil voorkomen dat in Rotterdam straks helemaal geen poppodia meer bestaan, stellen wij de volgende vragen:
- Deelt het college de opvatting van de Rotterdamse Raad voor Kunst en Cultuur dat zowel de popsector als de gemeentelijke politiek debet zijn aan de malaise in de Rotterdamse popwereld? Zo ja, waarom? Zo nee, waarom niet?
- Is het college bereid in navolging van het advies van de RRKC financieel meer te investeren in het Rotterdamse popklimaat, waardoor podia kunnen blijven bestaan en meer kans krijgen te vernieuwen en te experimenteren met hun programma’s? Zo nee, waarom niet?