h

Betreft: 1500 woningen in Rotterdam zeer brandgevaarlijk

18 februari 2005

Betreft: 1500 woningen in Rotterdam zeer brandgevaarlijk

Schriftelijke vragen

Rotterdam, 18 februari 2005

Geacht College,

De SP heeft naar aanleiding van het “Rapport Landenbuurt, bouwblok hart 2.07: Italiaanse straat, Zweedsestraat, Portugesestraat en Engelsestraat” nr. 04.5447 van 23 februari 2004 van Woningtoezicht van dienst dS+V met betrekking tot brandveiligheid de volgende vragen:

1. Uitbreiding brand
“De constructie van het gebouw zal een snelle uitbreiding van brand niet in de weg staan maar zelfs bevorderen.”
Het wooncomplex 2.07 is niet het enige wooncomplex dat in Rotterdam gerealiseerd is. Via de plannen “Algemeen Belang” en het “1000 woningenplan” zijn rond 1940 in de Rotterdamse wijken Oud Mathenesse (Italiaanse straat, Portugesestraat, Finsestraat, Belgische straat en Deensestraat), Blijdorp (Gordelweg, Vroeselaan, Cleyburch en Nobelstraat) en Charlois (Terschellingsestraat, Schoklandsestraat, Amelandsestraat, Urkersingel, Walchersestraat en Goeresestraat) circa 1500 woningen gerealiseerd.
De constructie van deze woningen is nagenoeg identiek aan de woningen in blok 2.07. Deze complexen zouden dus ook “een snelle uitbreiding van brand niet in de weg staan maar zelfs bevorderen.”
Wat gaat het college doen om de brandveiligheid van al deze wooncomplexen te waarborgen?

2. Constructie van het gebouw
“Het bouwblok is een flatgebouw met 3 verdiepingen woningen met daaronder een kelderberging. Het gemeenschappelijk traphuis is van steen en beton. Het dak en alle vloeren van de woningen zijn van hout. Stalen strijkbintankers gemonteerd aan de houten balklagen zorgen voor stabiliteit van de gevels. De plafonds zijn van stuc op riet, gescheurd en daardoor niet/onvoldoende brandwerend.”
Deze wijze van constructie van woningen is tot de jaren 40 van de 20e eeuw een normale opbouw geweest. In tegenstelling tot het blok 2.07 zijn in Rotterdam nog vele woningen in de gordel tot 1940 ook nog eens uitgerust met een houten trap.
Betekent dit dat die woningen nog brandgevaarlijker zijn dan wooncomplex 2.07 omdat er meer hout in de woningen zit? En wat gaat het college doen om de brandveiligheid van deze woningen te waarborgen?

3. Vuurbelasting
“Gelet op de inpandige overwegend houtconstructie is de vuurbelasting zeer hoog!”
Deze bewering in dit rapport is niet door een vuurbelastingsberekening conform NEN 6090 onderbouwd.
Waarom is de bewering niet onderbouwd met een vuurbelastingsberekening conform NEN 6090? Wat is deze bewering waard zonder onderbouwing van vuurbelasting? Vindt het college dat een bewering met betrekking vuurbelasting conform de NEN 6090 onderbouwd moet zijn of niet?

4. Betrokkenheid gemeente Rotterdam
De gemeente Rotterdam is met betrekking tot de sloopplannen van wooncomplex 2.07 betrokken als eigenaar.
Is het als betrokken partij verantwoord een eigen dienst een bouwkundige rapportage te laten maken? Was het niet verstandiger geweest om een derde niet betrokken partij een rapport te laten maken?

Met vriendelijke groet,
Theo Cornelissen; SP Rotterdam

Terug naar de afdelingspagina

U bent hier