Eten en genen: een mooi project, dat jammer genoeg beperkt bleef.
Eten en genen: een mooi project, dat jammer genoeg beperkt bleef.
Het was
een ambitieus plan: de commissie-Terlouw kreeg van het kabinet de opdracht
de "gewone" burger en de "doorsnee-consument" te vragen hoe zij denken
over de biotechnologie, en dan met name haar toepassing in voedsel.
Zaken als voedselveiligheid, voedsel en gezondheid, milieu en ecologie
en het voedselvraagstuk kregen extra aandacht.
Om de mensen op te zoeken liet de commissie scholen werken met een lespakket,
werd een website opgezet, werden maatschappelijke organisaties benaderd
om een debat te organiseren en zijn advertenties in kranten gezet. Ook
werden 150 Nederlanders uitgenodigd om hun zegje te komen doen in debatten
over het onderwerp.
Dit alles in de periode maart tot december 2001.
De resultaten
zijn in kort bestek: Nederlanders zijn over het algemeen vrij kritisch
ten opzichte van biotechnologie, door de commissie aangedragen
voorbeelden van toepassingen(zoals een BSE-immune koe en een transgene
zalm) konden niet op de brede steun van het publiek rekenen, men wenst
een zo streng mogelijke etikettering en men vraagt vooral naar de alternatieven
voor biotechnologie.
Nederlanders moeten dus nog niet zo veel hebben van het lukraak manipuleren
van voedsel, zo blijkt uit dit onderzoek.
Wie alleen de resultaten bekijkt, kan concluderen dat de commissie tevreden
mag zijn: "ongeveer"2000 burgers hebben deelgenomen aan een debatactiviteit,
er zijn "ruim" 44000 bezoekers op de website geweest, de advertenties
hebben gezorgd voor "ongeveer" 26000 reacties en "minimaal" 10000 scholieren
hebben met het lespakket gewerkt.
Dat klinkt
op zich goed. Maar is het huiswerk van de commissie wel goed gedaan?
Zonder aan de oprechte meningen van de ondervraagde mensen te twijfelen,
of zelfs maar aan de goede bedoelingen van de commissie, wil ik enkele
kritische kanttekeningen zetten bij het resultaat. En dan gaat het me
niet om de resultaten, zelfs niet om de vraag of de ondervraagden wel
representatief zijn: er is iets dat ik bij dit publieke debat mis, en
dat is het "publieke" in het debat. Als er een publiek debat plaatsvindt,
dan is iedereen bezig zich er een mening over te vormen. Mensen schrijven
ingezonden brieven in de krant, in TV-pogramma's (voor een breed publiek)
wordt aandacht besteed aan het onderwerp, op de radio verhaald men over
het item en op Internet verschijnen tal van sites waar men informatie
vindt over het onderwerp.
Een goed voorbeeld was de "Nieuwe Oorlog": de aanslagen in de VS en de
daaropvolgende oorlog in Afghanistan. Dit item maakte veel los bij de
mensen, en de media lieten het onderwerp constant de revue passeren, met
alle mogelijke voor- en tegenstanders die er te vinden waren. Zoals het
ook hoort bij een echt "publiek" debat in een volwassen democratie.
ROOD, jongeren
in de SP, is ook bezorgd om de toenemende invloed van biotechnologie op
het dagelijks leven. In een serie Weet wat Je Eet-acties in het
hele land zijn handtekeningen opgehaald voor betere etiketten op ons voedsel,
zodat de consument zelf kan kiezen of hij gemanipuleerd voedsel eet of
niet. Dat wij daarbij door de commissie-Terlouw in het gelijk worden gesteld
(volgens de uitslag is 64, 5 % van mening dat er in Nederland "zo streng
mogelijk" moet worden geëtiketteerd) is een prettige bijkomstigheid.
Ikzelf heb meegedaan aan de drie acties in Rotterdam, waarbij we 201 handtekeningen
ophaalden voor betere etiketten. In het hele land zijn vergelijkbare resultaten
behaald.. Door mensen direct op straat aan te spreken kom je het snelst
te weten wat echte mening is van "de doorsnee consument". Als je in een
paar uurtjes tijd met een clubje jongeren honderden mensen kan aanspreken,
dan moet het voor een (door het kabinet gesteunde) commissie toch lukken
om in een heel jaar een paar miljoen(of tenminste honderdduizend) mensen
om hun mening te vragen?
Dat maatschappelijke organisaties werden gevraagd debatten te organiseren,
is leuk.maar dit maakt het beeld weer gekleurd, omdat hier vaak al mensen
langs komen die maatschappelijk geëngageerd zijn.
Maar wie werkelijk de mening wil weten van "de man op straat", die hoort maar op een plek thuis: op straat, met een pen en een blocnote om de mensen hun mening te vragen.
Frank Menzel, E-mail
literatuur:
Eten en Genen, eindrapport van de tijdelijke commissie biotechnologie
en voedsel
Persbericht van de commissie Terlouw